Micro-credential 'Vennootschaps- en rechtspersonenrecht'

GA097-MC-rechtspersonenrecht
Nederlands

Of je nu een gerechtelijke beroepsbeoefenaar bent, een beoefenaar van economische beroepen, of gewoon iemand die zijn kennis wil opfrissen of verdiepen, deze micro-credential is perfect voor jou. We richten ons op de voornaamste privaatrechtelijke organisatievormen, zoals vennootschappen en verenigingen, inclusief een introductie op stichtingen, die vaak samen met vennootschappen en verenigingen worden gebruikt en economisch van groot belang zijn.

In deze cursus behandelen we zowel vennootschappen en verenigingen met als zonder rechtspersoonlijkheid, met een specifieke focus op de VZW. Je leert de essentiële definities, classificaties en geldigheidsvereisten kennen die gemeenschappelijk zijn aan alle vennootschappen, evenals de regels die van toepassing zijn op oprichting, naamgeving, orgaantheorie en meer.

We bouwen voort op de beginselen van het vertegenwoordigingsrecht die je hebt geleerd in eerdere opleidingsonderdelen, en behandelen onderwerpen zoals kapitaalvennootschappen, kapitaalvorming, bestuur, jaarrekening, ontbinding en herstructureringen.

Onze interactieve lessen bieden niet alleen een diepgaande behandeling van het onderwerp, maar ook een bespreking van Franstalige rechtspraak en een lijst met Franstalige vakterminologie om je kennis verder te verrijken.

Schrijf je vandaag nog in en word een expert in vennootschaps- en rechtspersonenrecht met deze micro-credential.

  • Je hebt de keuze om de micro-credential on campus, of naar eigen keuze (van plaats en tijd) de opgenomen lessen te verwerken. 

Schrijf je hier in voor lessen uit deze cursus

Micro-credential 'Vennootschaps- en rechtspersonenrecht'

Online beschikbaar
Beschrijving

Inschrijven

Voor deze micro-credential kan u eenvoudig inschrijven via deze link

KMO-portefeuille

De KMO-portefeuille kan voor de betaling van het inschrijvingsgeld worden aangewend. Voor initiatieven in het kader van levenslang leren waarvoor je inschrijft bij de academie gebruik je het UGent-erkenningsnummer DV.O103194.

Toelatingsvoorwaarden

Er wordt verwacht dat je het verbintenissenrecht beheerst, aangezien kennis van zowel het contractenrecht, de beginselen inzake lastgeving, als van de regels over extracontractuele aansprakelijkheid, noodzakelijk zijn voor een goed begrip van het vennootschaps- en rechtspersonenrecht.
Daarnaast zijn minimale noties van boekhoudtechniek- en recht vereist. In de hoorcolleges wordt weliswaar nog eens teruggekomen op een aantal van de reeds gekende verbintenis- en boekhoudrechtelijke beginselen.
Voor het overige is geen voorkennis vereist, naast deze van de juridische basisbegrippen. Per slotsom is vast te stellen dat het vennootschaps- en verenigingsrecht deel uitmaakt van het vermogensrecht, en dat dus enige kennis van de ander takken van dit vermogensrecht welkom is.

Opmerkingen

Eindcompetenties:

  1. Kennis hebben van de bronnen van het rechtsdomein
  2. Kennis hebben van en inzicht hebben in het wezen van de rechtspersoons-  en vertegenwoordigingstechnieken, kennis hebben van en inzicht hebben in het wezen van beperking van aansprakelijkheid en van het kapitaalbegrip.
  3. Kennis hebben van en inzicht hebben in de basisbeginselen inzake het vennootschaps- en verenigingsrecht.
  4. Inzicht hebben in de ratio van de bestudeerde rechtsregels
  5. Inzicht hebben in de beleidsmatige achtergrond van de regels (welke doelstellingen hebben zij, welke belangen beschermen zij?)  en waar nuttig ook in de historische evolutie van de regel (nl. waar dit nuttig is om de huidige regel goed te begrijpen)
  6. De basisbeginselen toepassen op concrete feitenconstellaties en rechtsvragen. De student moet daarbij zowel klassieke oordelen over de geldigheid en procedurele correctheid van verrichtingen kunnen vellen, als strategisch advies kunnen geven over de opportuniteit van een bepaalde juridische aanpak van een probleem en alternatieven ten behoeve van hypothetische klanten tegen elkaar kunnen afwegen.
  7. Verbanden leggen tussen de verschillende beginselen, en tussen de regels van het vennootschaps- en rechtspersonenrecht en de regels uit andere rechtstakken, voornamelijk van het "vermogensrecht" (bv. verbintenissen- en zakenrecht) en het handelsrecht.
  8. Kritisch reflecteren over de doelstellingen en de interne samenhang van regels uit het vennootschaps- en rechtspersonenrecht.
  9. Schriftelijk, zowel analytisch als synthetisch, rapporteren over de inhouden en vraagstukken van het kennisdomein.
  10. Kritische reflecteren over de economische efficiëntie en het morele karakter van regels, denkwijzen en oplossingen van vraagstukken binnen het rechtsdomein
  11. Kennis hebben van en inzicht hebben in de basisbeginselen inzake het vennootschaps- en verenigingsrecht.